Eigenlijk is het heel simpel. Als je naar het North Sea JAZZ Festival komt voor de Jazz, moet je gewoon de Nile en de Maas een beetje mijden. Die enorme galmbakken waar duizenden bezoekers in kunnen, de geluidsdruk zeer regelmatig de pijngrens ruim overschrijdt en waar je alleen maar een glimp van de musici van dienst kunt opvangen dankzij de schermen van het  interne video-systeem. Niets mis mee, prima muzikanten (over het algemeen) uitstekende entertainers en, eerlijk is eerlijk, dankzij de programmering in die hallen en de revenuen die die programmering oplevert, is de organisatie al jaren in staat om op de andere podia een prima line-up neer te zetten waar voor jazzliefhebbers heel wat te genieten valt. Dus, kom je voor de jazz, laat je gewoon die arena’s links liggen en word je vooral moe en zenuwachtig van al die ingewikkeld doende jazzcats, doe je het omgekeerde. En op Central Square drinken we samen een biertje. (dit jaar voor het eerst een Heineken.) Iedereen gelukkig!

Onze tweede dag NSJF was er één van verrassingen. Begonnen in de Hudson waar Richard Galliano en zijn New Musette duidelijk even op gang moesten komen en de geluidsman nog even door moest krijgen dat Galliano dan wel de leider van het strijkje is, maar dat dat geen reden is om zijn accordeon veel luider te laten klinken dan de instrumenten van zijn kompanen.
Toen dat eenmaal duidelijk was kregen we een prachtconcert voorgeschoteld van een stel puike muzikanten. Galliano had dan ook niet de minsten meegenomen: gitarist Sylvain Luc, drummer Andre Ceccarelli en bassist Yaron Stavi. Samen lieten ze de Franse musette, hot-club en jazz prachtig samensmelten. Grootmeester Galliano glimlachte zelfs een paar keer. Dat zegt wat! Hij liet zich zelfs verleiden tot een toegift op een melodica en bewees daarmee dat je zelfs op een instrument dat over het algemeen wordt gezien als kinderspeelgoed prachtige muziek kunt maken. Klasse! Morgen is hij te gast bij Kurt Elling; verheug ik me nu al op.

De verrassing van de avond en van het hele festival tot nu toe, was de ontdekking van pianist Thomas Enhco en zijn trio, met Jérémy Bruyère op contrabas en Nicolas Charlier achter de drums. Min of meer toevallig kwamen we terecht in de Volga waar deze Fransozen hun NSJF-debuut maakten. Ge-wel-dig! Meeslepende, mooi uitgesponnen en opgebouwde composities met hele fraaie dynamiek en heel spannende wendingen en omkeringen met invloeden uit klassieke en arabische muziek. Prachtig! En dan te bedenken dat deze Thomas Enhco nog maar 26 jaar oud is. Gaan we nog veel van horen.

Fraaie nieuwe toevoeging aan het festival: sponsor Mitsubishi stelt op Central Square draadloze koptelefoons beschikbaar. Als je wel benieuwd bent naar wat er in de Nile gebeurt maar geen zin hebt je trommelvliezen naar de Filistijnen te laten helpen, kun je via die koptelefoons en een groot videoscherm de verrichtingen in de Nile volgen op het door jou gewenste volume.

Zo maakte ik dan ook eindelijk kennis met het fenomeen Jett Rebel. Tuurlijk wist ik dat ie hartstikke goed is en een geweldig podiumbeest en zo, maar ik had hem nog nooit live gezien of gehoord. En inderdaad: geen woord teveel gezegd. Niet helemaal mijn muziek, maar wàt een drive, wàt een performance, wàt een vakmanschap… En als je dan ook nog de -inmiddels toch wel- oude dame Chaka Khan, die haar optreden door stemproblemen moest afbreken, uit de brand helpt door de tent gewoon over te nemen… Chapeau!

De Congo en het Congo Square vind ik steeds leuker worden. Ooit was het een beetje een uithoek van het festival, nu is het een hotspot waar het, mede dankzij de exotische eettentjes en de gigantische BBQ-smoker, steeds drukker èn gezelliger wordt. Op het plein en in de tent veel muziek met wortels in de zuidelijke staten van de USA (New Orleans, Memphis, Louisiana) en andere meer roots-gerelateerde muziek.

Bijvoorbeeld good-old Mississippi-bluesman Eric Bibb die hier een hernieuwde muzikale ontmoeting had met de uit Mali afkomstige zanger-gitarist Habib Koité. Met een glansrol voor percussionist Mama Koné. Geweldig wat die man uit zijn rammelaartjes, trommeltjes en shakertjes wist te halen. Ogenschijnlijk heel simpele, maar prachtige polyritmiek die de muziek heel swingend maakt en tegelijkertijd heel laid-back houdt. Een feestje! Het speelplezier spatte er van af.